Reportages

Lange vliegreis met een baby. Mijn 10 tips!

Maanden terug boekte ik een reis naar Amerika en ik zag het destijds al helemaal voor me. Gezellig met onze kleine baby op pad, die heerlijk in de draagzak zou slapen en weinig mee zou krijgen van de lange vliegreis. Zo’n klein mannetje is hartstikke handzaam en die paar luiers kon ik gewoon in m’n eigen tas stoppen. Enorm realistisch ja…

Bijna negen maanden later dacht ik er aan de vooravond van de vliegreis heel anders over. Want die kleine baby was inmiddels uitgegroeid tot een heerlijk beweeglijke, energieke bijna-dreumes die nog geen seconde stil zat. En ik kon wel een miljoen dingen bedenken die écht mee moesten en vroeg me ernstig af hoe dat ooit ging passen. Wat deden we onszelf aan? Gingen we echt 10 uur vliegen? Tien! Uur! Wat was dat vliegen pre-baby eigenlijk zalig makkelijk geweest.

En toen… ging die vliegreis met baby eigenlijk verrassend goed. En de terugweg ook. Niet te vergelijken met vroeger en best hard werken, maar toch: verrassend goed. Dus in deze post deel ik graag mijn 10 tips voor een lange vliegreis met baby. Wie weet heb je er iets aan.

Eerst even een disclaimer: dit zijn mijn ervaringen en mijn keuzes. Misschien vind jij dit schromelijk overdreven en reis je met een halve rugzak en drie baby’s de hele wereld rond of misschien vind je zo’n verre vliegreis met baby juist belachelijk en peins je er niet over. Kijk wat je ervan aanspreekt en doe wat wel/niet bij jou en je kindje(s) past.

1. Maak je niet te druk

Makkelijker gezegd dan gedaan, want ik was best bang dat andere reizigers last van mijn kind zouden hebben. En ik moet toegeven: toen ik met baby het vliegtuig inliep, kreeg ik aardig wat boze blikken toegeworpen. Gelukkig waren er genoeg mensen die juist meteen een helpende hand boden. Dat James een shirtje met vliegtuig aan had, scoorde ook punten. En toen mensen zagen dat we er alles aan deden de overlast te beperken, was het oké. Zelfs toen die schattige baby best wat volume bleek te produceren.
Dus tip: trek je baby iets leuks aan, doe je best om snel in te grijpen als dat nodig is en maak je verder niet te druk. Relaxte ouder = relaxte baby. Of althans: meestal.

2. Voorbereiding is het halve werk

Ik ben altijd al van de inpaklijsten, maar deze reis namen ze helemaal buitenproportionele lengtes aan. Ik wilde goed nadenken over de spullen die ik wel/niet incheckte, want stel dat een koffer niet zou arriveren? Dan was het bijvoorbeeld belangrijk dat James z’n refluxmedicatie in ieder geval bij zich had. Even wat voorwerk, maar ook een geruststellend idee.

Ook had ik opgezocht dat er op Schiphol een BabyCare Lounge is, met kleine bedjes die zijn afgeschermd met gordijntjes. Het idee was dat James daar een middagslaapje zou doen, zodat hij zoveel mogelijk z’n vaste ritme aan zou houden. Plan mislukt, want zo’n nieuwe ruimte bleek veel te interessant. Maar toch: wie weet trapt jouw baby er wél in.

vliegen vliegreis met baby

3. Traveling light? Ha ha ha.

Er zijn vast mensen die alle babyspullen voor tijdens de vlucht in een klein rugzakje stoppen, maar ik ben er zeker niet één van. Ik had een bomvolle luiertas en rolkoffertje mee aan boord en er is weinig dat ik niet heb gebruikt. Superhandig vond ik dat alles in aparte ziploc-zakken zat, zodat ik snel spullen kon vinden en opbergen. Een doorzichtige zak met extra setjes kleren (ook voor jezelf, want met een baby weet je maar nooit), een zak met alle flesvoedingspullen, een zak met allerlei soorten hapjes, een zak met speeltjes en een reisapotheek-zak met bijvoorbeeld paracetamol en neusspray. En uiteraard véél luiers (je wil op die hoogte niet zonder komen zitten) en wegwerpzakjes. Oh en lege zakjes om alle rotzooi in te doen. Tja, milieuvriendelijk is al dat plastic niet, maar nood breekt wet.

4. Bescherm je kinderwagen

Ik wilde graag de kinderwagen meenemen en kreeg van Joolz een Traveller-tas te leen om onze wagen in te verpakken. Vliegen met kinderwagen blijkt namelijk bijna garant te staan voor onherstelbare beschadigingen. Ik nam de kinderwagen dus gewoon mee tot de gate, waar we ‘m inklapten en stevig verpakten in de beschermhoes op wieltjes. Dat leverde aardig wat bekijks op bij de gate, als waren we een levende Tell Sell-reclame. De verpakte wagen ging in het bagageruim en kregen we na de vlucht compleet onbeschadigd terug. Superfijn.

5. Neem je autostoeltje mee

Ik nam de maxi-cosi mee in het vliegtuig, maar dat moet je van tevoren even checken bij de maatschappij. Als je een extra stoel boekt voor je baby, kan het bijna altijd. Veel kindjes zijn al gewend in zo’n autostoeltje te zitten/slapen, dus is het makkelijker dan je baby continu op schoot te houden. Mocht je kindje nog in een bassinet/babybedje passen en is dat aanwezig in het vliegtuig, dan zou ik dat zeker proberen.

6.  Zorg voor entertainment

De heenvlucht was een dagvlucht en van de ruim 10 uur vliegen (+ uren vooraf en na de vlucht) heeft James slechts 20 minuten geslapen. Dat betekende: heel veel tijd om hem bezig te houden. Ik had ontelbare nieuwe speeltjes voor hem mee, die ‘m steeds een kwartiertje of wat interesseerden. Ook had ik allerlei filmpjes op de iPad gezet – wat ik normaal eigenlijk zelden doe – dus dat was ook een troef. Afgewisseld met even op schoot zitten en rondjes lopen door het gangpad, zodat er steeds genoeg te zien was. Daarnaast had ik een koptelefoon gekocht (speciaal voor kleine kindjes, dus begrensd volume) om James z’n favoriete nummer af te spelen als dat nodig zou zijn. Dit liedje doet namelijk wonderen.

vliegen vliegreis met baby-1

7. Zorg voor voldoende eten

Nog zo’n goede bezigheidstherapie is eten. Ik hield zoveel mogelijk het ritme van thuis aan, maar vanwege het tijdsverschil kwam daar een extra maaltijd bij. Bovendien deed ik niet moeilijk over extra snacks, bijvoorbeeld gepofte maïssticks waar hij lekker lang over deed. Als maaltijden koos ik voor kant-en-klare zakjes van Ella’s Kitchen, wat veel ruimte én gedoe scheelde. Ik had ook wegwerp-slabbetjes meegenomen en dat bleek verrassend handig, want geen extra zooi in de toch al uitpuilende luiertas. Laatste tip: als je met twee ouders reist, vraag de stewardess dan om jullie na elkaar eten te geven, zodat er altijd iemand met volle aandacht bij de kleine is.

8. En drinken!

Warm water voor flesvoeding (in thermosflessen) mag gewoon mee aan boord, maar wordt bij de bagagecontrole wel even extra gecheckt. Ik had altijd één flesje met water bij de hand, want als je bij dorst eerst nog iets moet gaan maken, is elke minuut te veel. Tijdens het opstijgen en landen gaf ik James ook een fles, want het continu slikken helpt tegen oorpijn.

9. Hoop op slaap (en vlieg liefst ’s nachts)

De 20 minuten dat James op de heenweg sliep, deed hij dat in de draagzak, die ik eigenlijk nooit meer gebruik. Toch fijn dat ik ‘m mee had, want tijdens zo’n vlucht ben je blij met elke minuut rust.
De terugvlucht was ’s nachts, wat enorm scheelde. Na een flesje in de maxi-cosi konden we James met z’n vaste knuffel gewoon laten liggen en waren we ineens 5 uur verder. Wat een luxe!

10. Neem hulp aan

Toen we uitgeput en opgelucht in Amerika aankwamen, bleek het vliegveld in verbouwing. Dus moesten we heel, héél lang wachten en vervolgens met onze belachelijk grote kofferverzameling twee roltrappen op. Met een baby in de draagzak die het inmiddels écht had gehad. Hoe fijn is het dan als mensen spontaan hun hulp aanbieden. Echt: ik ben zelden zo dankbaar geweest en heb me voorgenomen dit later ook voor andere jonge gezinnen te doen. Zó fijn!

Related posts